Academische studie naar levend model: knielende Hercules, van op de rug gezien

Academische studie van een knielend mannelijk naakt als Hercules, getekend naar levend model in 1774 door Albertus Riethage. Hij maakte deze studie tijdens de prijskamp aan de Academie Brugge in de klas naar levend model. Hij won toen de eerste prijs. Het naaktmodel wordt knielend afgebeeld met de rug naar de tekenaar gedraaid. Hij steunt met zijn linker elleboog op…

Academische studie van een knielend mannelijk naakt als Hercules, getekend naar levend model in 1774 door Albertus Riethage. Hij maakte deze studie tijdens de prijskamp aan de Academie Brugge in de klas naar levend model. Hij won toen de eerste prijs. Het naaktmodel wordt knielend afgebeeld met de rug naar de tekenaar gedraaid. Hij steunt met zijn linker elleboog op een hoge boomstronk waarop een leeuwenvel gedrapeerd ligt. Met zijn rechterhand steunt hij op een grote knots. Hij buigt door zijn knieën en laat de linkerknie op de boomstronk rusten. De man draait zijn gezicht naar rechts en kijkt naar onder. Met de toepasselijke rekwisieten wordt het model als Hercules uitgebeeld. In de annotatie onderaan wordt Riethage met een andere voornaam vermeld: Jacobus in plaats van Albertus. Het papier werd samengesteld door twee aangelijmde vellen. Het gebruikte medium is houtskool of zwart krijt, met hoogsels in wit krijt. Jan Garemijn ondertekende linksboven als directeur van de Academie. Op de academiestempel plaatste secretaris Charles Verhulst zijn handtekening. Rechtsboven is de tekenletter (M) van de leerling in blauwe inkt geschreven. Deze werd tijdens het concours afgedekt door de hoek te plooien. Op de achterzijde staat de toegewezen letter F die de jury te zien kreeg. Hiermee werd de studie anoniem beoordeeld door de wedstrijdjury. Hij tekende ook nog een tweede wedstrijdstudie: 0016.GRO0040.II. Klasgenoot Pieter Van de Vivere won de tweede prijs: 0016.GRO0043.II. De poseersessie werd door Garemijn gedocumenteerd in zijn notitieboekje (0000.GRO1676.7.II.17r). Het gaat om een potloodschets van het model, waarbij Garemijn naast de pose (27ste actie) ook de knots schetste. Hij schreef erbij dat het model (Jan Oost) vijf avonden poseerde voor de eerste klas of groep, van 1 tot 5 maart 1774. De tweede klas tekende vijf daaropvolgende avonden.