Dotremont staat mee aan de wieg van de CoBrA-beweging, een experimentele kunstbeweging die opgang maakt in de nasleep van WO II. Samen met andere prominente figuren als Asger Jorn en Karel Appel tekent Dotremont voor een spontane ietwat kinderlijke creativiteit in zijn kunst, ver weg van de toenmalige traditionele artistieke normen. Nadat Cobra in 1951 uiteen valt, blijft hij experimenteren…
Lees meer
Dotremont staat mee aan de wieg van de CoBrA-beweging, een experimentele kunstbeweging die opgang maakt in de nasleep van WO II. Samen met andere prominente figuren als Asger Jorn en Karel Appel tekent Dotremont voor een spontane ietwat kinderlijke creativiteit in zijn kunst, ver weg van de toenmalige traditionele artistieke normen. Nadat Cobra in 1951 uiteen valt, blijft hij experimenteren met taal, zo is hij een van de eersten die met schriftuur plastische kunst maakt. Zijn poëtisch avontuur krijgt begin jaren zestig een nieuw elan. Geïnspireerd door de Oosterse kalligrafie begint hij te experimenteren met zelfverzonnen tekens, ‘logogrammen’. Tekeningen van woorden en schilderijen van taal, een eenheid van verbale en grafische inspiratie. Dotremont speelt als geen ander met taal, vorm en betekenis. Schrijven en schilderen vloeien spontaan in elkaar over. "Logogus", zoals hij zichzelf meermaals noemde, maakt werk waarbij het schrift een verrijking is van de taal. Het is een vorm van schrijven die de betekenis van woorden versterkt, met de spontaniteit van een levend gebaar, en versierd met poëtische attributen die minuscuul of overweldigend zijn. Het logogram is ongetwijfeld een van de grote poëtische uitvindingen van de twintigste eeuw en inspireerde velen, van critici, historici en muzikanten tot regisseurs, antropologen en filosofen.
Dit logogram, strakker en intenser dan ooit, op zeer groot formaat, roept een lange wolk op van zwarte tekens, kloven en pieken die naar rechts uitwaaieren, met potloodtranscriptie van Dotremonts handelingen, gebaren en gemompel in de sneeuw op een ochtend in Lapland.
Lees minder