Het Groeningemuseum wordt vooral geassocieerd met oude kunst en meer specifiek de Vlaamse primitieven zoals Jan van Eyck. Naast de topwerken die op zaal te zien zijn, worden in het depot nog honderden werken uit de meest uiteenlopende kunststromingen bewaard. Daaronder bevinden zich ook twee schilderijen van de Amerikaanse Margaret Keane.
Het verhaal achter deze schilderijen is vrij tragisch en begint in Nashville, Tennessee waar Peggy Doris Hawkins, later Margaret Keane, wordt geboren in 1927. Al op jonge leeftijd schildert zij portretten van kinderen met opvallend grote ogen die droevig de wereld in staren.
Haar leven verandert als zij de flamboyante Walter Keane ontmoet in 1955. Die ziet wel wat in haar melancholische portretten en al gauw zet hij een succesvol handeltje op in de schilderijen van zijn (ondertussen) echtgenote Margaret, die hij uitbreidt met postkaarten en posters. Margaret ontdekt echter dat hij haar werken met zijn naam signeert.
Walter Keane verklaarde dat hij op het idee gekomen was voor deze schilderijen tijdens zijn verblijf in het naoorlogse Europa. De zwerfkinderen op straat zouden hem dermate aangegrepen hebben dat hij, terug in Amerika, enkel nog hen kon schilderen.
Een periode van misbruik breekt aan: Walter sluit Margaret op en dwingt haar schilderijen te maken, wel zestien uur per dag.
Het koppel ging na 10 jaar huwelijk uit elkaar in 1965, maar het was pas in 1970 dat Margaret durfde verklappen dat de werken eigenlijk allemaal door haar geschilderd waren.
In 1986 komt het uiteindelijk tot een proces. In de rechtbank vraagt de rechter Margaret en Walter ter plaatse elk een typische Big Eye te schilderen. Walter weigert dit te doen wegens pijn aan zijn schouder.
Margaret slaagt binnen het uur met glans en krijgt eindelijk de erkenning die ze verdient. De schilderijen van sombere kinderen met grote ogen - de spiegels van de ziel - zijn nu onmiskenbaar erkend als van de hand van Margaret Keane. Hun melancholie evoceert de gevoelens die de kunstenares zelf had, al sinds haar kindertijd toen ze voor het eerst dergelijke portretten maakte, maar zeker ook tijdens die succesvolle maar leugenachtige periode van repressie, als 'ghost painter' van Walter Keane.
Maar hoe komen twee werken van Margaret Keane in het Groeningemuseum terecht? Niemand minder dan de Keanes zelf schonken de schilderijen in 1964 aan het museum, dus 24 jaar voor het proces dat de waarheid aan het licht bracht.
Het is opmerkelijk hoe de twee schilderijen uit 1963 een halve eeuw later nog steeds getuigen van de leugens en manipulaties van Walter Keane in die periode. Het ene werk Little Girl from Madrid is een portret van een klein meisje, een zwerfkind dat met tragische grote ogen naar de toeschouwer kijkt. Het werk is gesigneerd met ‘KEANE’, en geschonken als door Walter geschilderd. Het is een typisch voorbeeld van de rond 1960 immens populaire grootogige kinderportretten die Walter met zijn eigen naam signeerde.
In haar onmacht om tegen die namaak in te gaan, creëerde Margaret een tweede stijl, met voorstellingen van adolescenten met uitgelengde, op Modigliani geïnspireerde lichamen en hoofden die zij wel met haar eigen naam ondertekende. Het tweede schilderij, The Coffee Break, is typerend voor die ‘andere’ stijl, die Margaret wel als de hare mocht bestempelen. Dit werk is dan ook gesigneerd met ‘MDH Keane’. In deze stijl maakte Margaret op bestelling een hele reeks portretten van beroemdheden.
De Amerikaanse regisseur Tim Burton verfilmde het bewogen leven van Margaret Keane. De film kwam uit in 2014 onder de titel ‘Big Eyes’. De onrustwekkende trailer van die film is hier te vinden.
Op de website van Musea Brugge kan je meerdere dergelijke verhalen vinden: museabrugge.be/collecties.