Hans Memling (1430/1440 - 1494) werkte voor een gevarieerd publiek. Hij kreeg niet alleen opdrachten van religieuze instellingen, maar ook van rijke burgers. Brugge, waar hij werkte, was destijds een internationaal handelscentrum waar veel buitenlandse zakenlieden en handelaars verbleven. Als portrettist moet hij erg geliefd zijn geweest, getuige het grote aantal portretten dat van zijn hand bewaard is gebleven.
Zo ook dit portret van Bernardo Bembo, een Venetiaanse humanist en staatsman, gekleed in een specifiek zwart gewaad. Een dergelijk kostuum was in de late vijftiende eeuw in Italië in de mode. De palmboom rechts en het laurierblad onderaan refereren waarschijnlijk aan Bembo’s embleem, dat bestond uit een palm- en een lauriertak. Van 1471 tot 1474 was Bembo ambassadeur voor Venetië aan het hof van de Bourgondische hertog Karel de Stoute, die vaak op veldtocht was en soms in Brugge verbleef. Het is mogelijk dat Bembo Memling in deze periode heeft ontmoet.
Memlings geportretteerden staren meestal voor zich uit. Er zijn slechts twee portretten bekend, waaronder dit werk, waar de geportretteerde de toeschouwer lijkt aan te kijken. Toch is ook hier van een echte confrontatie geen sprake. De blik van de man is dromerig, ingekeerd en zonder contact met de buitenwereld. In zijn hand houdt hij een sestertius, een munt uit de Romeinse oudheid geslagen ten tijde van keizer Nero. Helemaal onderaan in het midden zijn twee laurierbladeren te zien.
Het schilderij was vooruitstrevend. Memling beeldde als een van de eerste kunstenaars ten noorden van de Alpen zijn geportretteerden af in de openlucht en met een landschap op de achtergrond. De meeste kunstenaars kozen voor een effen achtergrond of een interieur, al dan niet met een raam. Memlings innovatieve formule werd snel gretig gekopieerd door tijdgenoten, zowel in de Nederlanden als in Italië. De beelduitsnede en de plaatsing hoog boven de horizon van het landschap geven het portret een monumentaal effect en verhogen het contrast tussen ver en nabij.
Zoals gebruikelijk bij de Vlaamse Primitieven werd het portret geschilderd op een eikenhouten paneel, dat hier bestaat uit één plank. Daarop werd een witte grondlaag aangebracht. Het paneel en de oorspronkelijke lijst werden, zoals destijds gebruikelijk, samen gegrondeerd en beschilderd zodat ze één geheel vormden. De lijst ging helaas verloren.
Ontdek ook onze website Vlaamse Primitieven.
Volg updates over het KMSKA via de website, Facebook, Instagram, LinkedIn en Twitter