Deze triptiek van Dieric Bouts hangt nog steeds op zijn originele plaats in zijn kapel in de Sint-Pieterskerk. Net als het beroemdeLaatste Avondmaal van Bouts, dat overigens in de kapel ernaast hangt. Dit werk is, net als het Laatste Avondmaal, ontstaan in de context van het Broederschap van het Heilig Sacrament.
Dit werk wordt door verschillende experten gedateerd in de jaren 1460-1464. Dat is vlak voor hij begon aan het Laatste Avondmaal. Contractueel was vastgelegd dat Bouts vanaf 1464 enkel nog mocht werken aan het Laatste Avondmaal, dus de triptiek van de Heilige Erasmus moet voor deze datum zijn afgewerkt. Dit alles zou ons kunnen doen besluiten dat dit werk letterlijk het kleinere broertje is van het Laatste Avondmaal. Maar vergis je niet: dit werk toont heel duidelijk waar Bouts mee bezig was als kunstenaar en daarenboven is het op zich ook een meesterwerk.
Een eerste element dat zeer verhelderend is zijn de afgebeelde taferelen. Centraal op het paneel zien we een gruwelijk tafereel van een man die wordt doodgemarteld door het verwijderen van zijn darmen met een windas. Deze bisschop – we zien zijn mijter linksonder – kunnen we identificeren als de Heilige Erasmus van Formia, ook gekend onder de naam Sint-Elmo. Over het leven van Sint-Erasmus bestaan er veel legenden. Geboren in Syrië zou hij gevlucht zijn voor Keizer Diocletianus. Op een bepaald moment reist hij per schip naar Italië en komt hij in een storm terecht. Het schip valt ten prooi aan blauwe vlammen, maar Erasmus weet deze te bedwingen en wordt bijgevolg de beschermheilige van de zeevaarders. Die blauwe vlammen zijn een natuurlijk fenomeen dat vandaag gekend is onder de naam sint-elmsvuur. Uiteindelijk zullen zijn achtervolgers hem te pakken krijgen in Formia, Italië en hem ter dood brengen. Hoe hij stierf, is niet geweten. Omdat hij de beschermheilige van de zeelieden was, was zijn symbool een windas. Heiligen werden geïdentificeerd aan de hand van hun attributen en deze verwezen vaak naar hun marteling. Dit gaf de inspiratie om de Heilige Erasmus een dergelijk wreed einde toe te dichten.
Op het linkerpaneel staat, in het rode kardinaalskleed, Sint-Hiëronymus afgebeeld. Hiëronymus is een van de vier voornaamste kerkvaders en is gekend voor de Vulgata, of de vertaling van de bijbel in het Latijn. Dit gaf Hiëronymus de status van een geleerde. Op het rechterpaneel staat Bernardus van Clairvaux. Bernardus is een twaalfde-eeuwse abt, kerkhervormer en mysticus. Op zich is dit een enigszins vreemde combinatie van Heiligen. Maar het past wel in de vernieuwingsbeweging die sinds het einde van de veertiende eeuw opgang maakte in de Nederlanden: de nieuwe devotie. Dit was een beweging die was begonnen in Deventer door Geert Grote, een Nederlands kerkhervormer, en een verspreiding kende via de broederschappen van het Gemene Leven. Het idee achter deze beweging was dat de gewone mensen niet enkel afhankelijk waren van de kerk om hun zielenheil veilig te stellen. Ze konden zelf ook actie ondernemen om dichter bij een religieus ideaal te komen. Door zich te verenigen in broederschappen, zoals het Broederschap van het Heilig Sacrament en door de aanbevelingen na te leven van de De Imitatione Christi van Thomas a Kempis kon een gewone leek ook heiligheid nastreven zonder de geloften van de religieuzen te moeten afleggen. In dit kader lijkt de iconografie van dit werk zeer zinvol. Het illustreert drie wegen voor een leek om de heiligheid te bereiken: door middel van studie (Hiëronymus), door middel van versterving en mystiek (Bernardus) of door middel van het martelaarschap (Erasmus).
Een ander duidelijk gegeven in dit werk is het landschap op de achtergrond. Het is een prachtig vergezicht dat doorloopt tussen de verschillende panelen. Ook in andere werken schenkt Dieric Bouts zeer veel aandacht aan het landschap. In die mate zelfs dat de zestiende-eeuwse Leuvense theologieprofessor Johannes Molanus Bouts uitriep tot de uitvinder van de landschapsschilderkunst. Hoewel Jan van Eyck ook al aandacht besteedde aan het weergeven van het landschap en het ook al voorkwam in de boekschilderkunst, is Bouts wel de kunstenaar die consequent het landschap gebruikte in zijn werken om een ruimtelijk illusie te bekomen. In dit werk zien we het landschap doorheen de drie panelen doorlopen, wat een gevoel van eenheid creëert. Daarnaast gebruikt Bouts ook verschillende visuele technieken om diepte te suggereren. Zo varieert hij met kleuren naargelang de afstand tot de kijker. Het voorplan is grijs en wordt gedomineerd door gesteenten. Dit geeft de drie heiligen hun eigen ruimte in het geheel. Vlak daarachter is een lichtgroene zone waar keizer Diocletianus met zijn drie medestanders staat. Verder in het landschap brengt Bouts allerlei elementen binnen zoals rotsen, bomen en wegen die reeds een grotere afstand suggereren door middel van de perspectivische verkleining. Uiteindelijk zien we een landschap in de verte, voorbij de rotsen, dat eerder in een blauwige tonaliteit is uitgewerkt. Hetzelfde is zichtbaar in de lucht, waarbij de lage horizon in het wit is uitgevoerd en die gradueel overgaat in lichtblauw naar de hogere hemel. Bouts subtiele uitwerking van het landschap is er met andere woorden op gericht om diepte te realiseren in het platte geschilderde oppervlak.
Dit werk hangt in de Sint-Pieterskerk in Leuven en is volledig gerestaureerd voor de heropening van de kerk in 2020. Dit gaf de mogelijkheid om een diepgravend technisch onderzoek te laten uitvoeren en gespecialiseerde fotografie met verschillende technieken te realiseren. Dit kan je zelf bekijken in een speciale viewer: www.mleuven.be/curtain-viewer.
Volg M via de website, Facebook, Instagram, Twitter, LinkedIn en YouTube.