Dit magistrale wandtapijt is meer dan 5 meter breed en 2,62 meter hoog. Het is dus niet evident om het te tonen. Het wandtapijt is geweven in het Brusselse atelier van Erasmus de Pannemaker jr. We weten dat Erasmus samen met zijn broer Frans in 1669 een contract tekende voor een reeks van zes wandtapijten met de Geschiedenis van Cyrus, gebaseerd op de teksten van de Griekse historicus uit de Oudheid, Herodotos. Dit wandtapijt in de collecties van Musea Brugge maakt deel uit van deze reeks.
Het tafereel dat hier wordt uitgebeeld stelt heel waarschijnlijk een vriendelijke passage voor in de gruwelijke oorlog tussen Tomyris, koningin van de Massageten, een Scytisch nomadenvolk, en de Perzische koning Cyrus II de Grote. De oorlog speelt zich af rond 530 voor Christus.
De Perzische koning Cyrus verovert zodanig veel gebieden dat hij tegen zijn dood in 530 V.C., heerst over het grootste wereldrijk tot dan toe gekend. Aan de Noordoostelijke buitengrens van zijn rijk vormen de nomadische Massageten onder leiding van koningin Tomyris een constante bedreiging voor het rijk van Cyrus.
Cyrus II probeert het probleem pragmatisch op te lossen door Tomyris, die koningin van de Massageten werd na de dood van haar echtgenoot, een huwelijksvoorstel te doen.
Dat huwelijksaanzoek is hier afgebeeld. Links knielt Cyrus, die een vaas met wijn en gouden voorwerpen schenkt. Rechts lijkt de koningin weinig onder de indruk. Tomyris wijst het huwelijksvoorstel resoluut af. Ze weet dat Cyrus' landhonger groter is dan enige liefde die hij voor haar kan voelen.
De Perzische koning laat zich niet ontmoedigen in zijn veroveringsdrang. Hij bouwt een brug over de rivier Araxes (nu Aras in de zuidelijke Kaukasus) om het land van Tomyris binnen te vallen. Tomyris waarschuwt Cyrus de rivier niet over te steken. Het komt tot een psychologische krachtmeting. Op voorstel van een raadgever van Cyrus, Croesus, de voormalige koning van Lydië, plannen de Perzen een strategische list. Ze bouwen een kamp op de oever van de Massageten en laten dat quasi onbewaakt achter. In het kamp zijn alle mogelijke dranken en spijzen te vinden. Een regiment van Tomyris' leger verovert het kamp en houdt een feestmaal met de aangetroffen buit. De Massageten, amper op de hoogte van de geneugten van wijn, drinken zich lazarus. Ze worden die nacht nog door de Perzen afgeslacht of gevangen genomen. Onder hen ook de generaal van het leger, Spargapises, de zoon van Tomyris.
"Ik leef en heb u overwonnen in de slag en toch ben ik door u verwoest. Want u heeft mijn zoon met bedrog van mij afgenomen. Aldus kom ik mijn dreigement na en les ik uw dorst voor bloed."
Tomyris, uit Herodotos' Historiën
De woedende Tomyris beveelt Cyrus om haar zoon onmiddellijk vrij te laten. Cyrus weigert. In gevangenschap pleegt een vernederde Spargapises zelfmoord. Tomyris trekt daarop ten strijde in een nooit geziene veldslag. Het Perzische leger wordt in de pan gehakt, ook Cyrus sneuvelt. Tomyris laat het lichaam van Cyrus opsporen, hakt ze zijn hoofd af en drenkt het Perzisch bloed om zo -postuum- zijn bloeddorst te lessen.
Bovenaan het wandtapijt is een cartouche met het opschrift: “Vindicta Tamyris in mortem fily sui Schytarum regis” – vrije vertaling: “De straf van koningin Tamyris voor de dood van haar zoon, heerser van de Scyten”.
De wraak van Tomyris is een tafereel dat ook op schilderijen uit de 17de eeuw voorkomt. De geschiedenis van Tomyris, waarbij een vrouw het recht in eigen handen neemt door wraak te nemen op diegene dat haar zoon van haar heeft afgenomen, wordt in 17de eeuwse rechtszalen gebruikt. Het is een herinnering aan het ‘averechtse’, het tegenovergestelde van objectieve gerechtigheid. Het gaat om wraakzucht. Niet toevallig betreft het verhaal een vrouw, in het Ancien Régime was het ondenkbaar dat een vrouw recht zou spreken. Vrouwen werden als te emotioneel gezien. Dit tafereel bevestigt deels deze veronderstelling.
Een andere Brugse voorstelling van de Wraak van Tomyris (of Thomyris), is afkomstig uit de voormalige rechtszaal van het Brugse Vrije. Dat schilderij, dat nu in het Groeningemuseum hangt, toont de gruwelijke apotheose van het verhaal: het afgehakt hoofd van Cyrus dat Tomyris laat onderdompelen in een vat vol Perzenbloed.