In de 17de eeuw kende de Mariaverering een hoogtepunt in de rooms-katholieke kerk. Kunstenaars in Vlaanderen kregen tal van opdrachten voor de interieurdecoratie van kerken en kloosters, die na de Beeldenstorm in 1566 zwaar gehavend achtergebleven waren. De Noordelijke Nederlanden daarentegen waren een overwegend protestants en voorstellingen met religieuze onderwerpen werden uit protestantse kerken geweerd. Toch werd het katholicisme gedoogd…
Lees meer
In de 17de eeuw kende de Mariaverering een hoogtepunt in de rooms-katholieke kerk. Kunstenaars in Vlaanderen kregen tal van opdrachten voor de interieurdecoratie van kerken en kloosters, die na de Beeldenstorm in 1566 zwaar gehavend achtergebleven waren. De Noordelijke Nederlanden daarentegen waren een overwegend protestants en voorstellingen met religieuze onderwerpen werden uit protestantse kerken geweerd. Toch werd het katholicisme gedoogd. Voor hun erediensten kwamen de rooms-katholieken er bijeen in schuilkerken. De Haarlemmer Pieter Fransz. de Grebber was katholiek en leverde vaak schilderijen voor dergelijke schuilkerken.
Lees minder