In de achttiende eeuw identificeerde men het onderwerp van dit schilderij verkeerdelijk als Jupiter die de Thebaanse koningsdochter Antiope in de vorm van een sater besluipt. In werkelijkheid tracht een grijnzende sater, volgeling van Bacchus, de verkleumde godin Venus uit haar onderkoelde toestand te laten ontwaken met behulp van een hoorn des overvloed, gevuld met korenaren, druiven en andere vruchten…
Lees meer
In de achttiende eeuw identificeerde men het onderwerp van dit schilderij verkeerdelijk als Jupiter die de Thebaanse koningsdochter Antiope in de vorm van een sater besluipt. In werkelijkheid tracht een grijnzende sater, volgeling van Bacchus, de verkleumde godin Venus uit haar onderkoelde toestand te laten ontwaken met behulp van een hoorn des overvloed, gevuld met korenaren, druiven en andere vruchten. Naast haar, op een koker met een ongebruikte voorraad pijlen, rilt de gevleugelde Amor van de kou. Venus zit met haar rug voor driekwart naar de toeschouwer gehurkt. De godin neemt de pose aan van een beroemde Romeinse sculptuur uit de 1ste eeuw n. C., die Rubens tijdens zijn verblijf in Rome in het Palazzo Farnese had bewonderd (vandaag in Napels, Museo Archeologico, inv. nr. 6297). Geletterde tijdgenoten van Rubens herkenden in deze voorstelling een geliefd spreekwoord, afkomstig uit een komedie van de Romeinse toneelauteur Terentius (185-159 v. C.): ‘Sine Cerere et Baccho friget Venus’ of ‘zonder eten en drinken verkilt de liefde’.
Het paneel behoort tot een kleine groep van classiciserende schilderijen die Rubens uitzonderlijk signeerde en 1613 en 1614 dateerde: Jupiter en Callisto (Kassel, Gemäldegalerie, inv. nr. GK86), Suzanna en de Ouderlingen (Stockholm, Nationalmuseum, inv. nr. 603), De Vlucht naar Egypte (Kassel, Gemäldegalerie, inv. nr. GK87), De Bewening van Christus (Wenen, KHM, inv. nr. 515), Cupido snijdt zijn boog (München, Alte Pinakothek, inv. nr. 1304).
Lees minder