Sol (Apollo)
Kunstenaar / maker
Jan van der Straet (tekenaar)Datering
circa 1595Periode
16de eeuwCollectie
Musea Brugge
Apollo is voorgesteld als zonnegod gezeten op een wolk in een ovalen voorstelling. In zijn handen houdt hij zijn lier. Op de rechterachtergrond is een beest afgebeeld met drie koppen: een leeuwen-, wolven- en hondenkop. Dit attribuut van de Egypische god Serapis werd gaandeweg in de vorm van een driekoppige slang toegepast als allegorie van de Tijd en Voorzichtigheid. Stradanus…
Lees meer
Apollo is voorgesteld als zonnegod gezeten op een wolk in een ovalen voorstelling. In zijn handen houdt hij zijn lier. Op de rechterachtergrond is een beest afgebeeld met drie koppen: een leeuwen-, wolven- en hondenkop. Dit attribuut van de Egypische god Serapis werd gaandeweg in de vorm van een driekoppige slang toegepast als allegorie van de Tijd en Voorzichtigheid. Stradanus grijp terug op de oude variant van het attribuut en plaatst het bij Apollo en verwijst zo naar Apollo's identiteit als zonnegod, die hij met Serapis gemeen heeft.
De tekening is evenals Mars (2022.GRO323.II - VCL 1806) een ontwerp voor een Planetenserie in grafiek, gelijkaardig aan de reeks Septem Planetae gegraveerd door Hans Collaert. De prentenreeks werd echter niet uitgevoerd. De tekeningen zijn afkomstig uit de collectie D'Aigremont. In deze collectie waren ook tekeningen van Venus en Jupiter aanwezig die waarschijnlijk tot dezelfde Plantenreeks behoorden. De tekening van Jupiter draagt het jaartal 1595. Dit is waarschijnlijk het jaar waarin ook Sol (Apollo) en Mars werden getekend.
In Museum Plantin-Moretus wordt een tekening bewaard van Mercurius die waarschijnlijk als ontwerp diende voor de reeks Septem Planetae. Deze tekening is 1587 gedateerd. Waarschijnlijk nam Stradanus dus twee keer intiatief tot het ontwerpen van een Planetenserie, in 1587 en in 1595.
De tekening is in langdurig bruikleen van de Stichting Jean van Caloen (inv. nr.: VCL 1807).
Gebaseerd op: Cécile Kruyfhooft e.a., Keuze uit de Vlaamse en Hollandse tekeningen van de Stichting Jean van Caloen, Loppem 1997, pp. 13-14.
Lees minder
