Jan Provoost is een van de belangrijkste kunstenaars in Brugge in de zestiende eeuw. Hij krijgt veelvuldig opdrachten van het stadsbestuur, het Brugse Vrije en van kerken. Enkele van de schilderijen die hij maakt, duiden op een verband met de Brugse literaire en humanistische kringen en de rederijkerskamer. Ook vervult hij vooraanstaande ambten binnen het ambacht van beelden- en zadelmakers. Hij maakt een bedevaart naar Jeruzalem en wordt na terugkomst waarschijnlijk lid van de Brugse Jeruzalembroederschap.
Provoost signeert slechts twee werken. Het oeuvre is daarom op basis van stilistische vergelijkingen, ondersteund met de resultaten van het materieel-technisch onderzoek, samengesteld. Hij dateert eveneens slechts twee van zijn werken. Dit maakt het erg moeilijk om zijn oeuvre chronologisch te ordenen.
Circa 1465
Jan Provoost wordt geboren in Bergen (Henegouwen). Hij wordt daar vermoedelijk opgeleid door zijn vader Jan Provoost de Oude, die eveneens schilder is. Zijn opleiding vervolledigt hij bij de schilder en boekverluchter Simon Marmion in Valenciennes.
Na 1489
Jan Provoost trouwt met de weduwe van Simon Marmion
1493
Een zekere ‘Jan Provoost' is ingeschreven in het Antwerpse Sint-Lucasgilde. Waarschijnlijk gaat het om dezelfde kunstenaar, maar dat is niet zeker.
1494
Jan Provoost ontvangt het poorterschap van Brugge en wordt in datzelfde jaar toegelaten tot het Brugse ambacht van beelden- en zadelmakers, waartoe alle kunstenaars behoren.
1498-1501
Mogelijk maakt Provoost in deze periode zijn bedevaart naar Jeruzalem. De bedevaart kan ook hebben plaatsgevonden tussen ca. 1502 en 1505.
1501
Provoost wordt tweede vinder van het ambacht van de beeldenmakers en zadelmakers.
1506
Maximiliaan Frans komt in de leer bij Provoost.
1507
Provoost wordt eerste vinder van het ambacht van beelden- en zadelmakers.
Voor 20 januari 1509
De tweede vrouw van Provoost is voor deze datum overleden.
1509
Provoost wordt voor de tweede keer eerste vinder van het Sint-Lucasgilde.
1511
Provoost wordt gouverneur van het ambacht van beelden- en zadelmakers.
1514
Provoost wordt voor de derde keer eerste vinder van het ambacht van beelden- en zadelmakers.
1519
Provoost wordt tot deken van het ambacht van beelden- en zadelmakers gekozen.
1520
Provoost voert de algehele leiding over de uitvoering van de versieringen voor de Blijde Inkomst van Karel V in Brugge.
1520
Provoost ontmoet Albrecht Dürer in Antwerpen. Dürer vermeldt in zijn dagboek dat hij Provoosts portret tekende.
1521
Provoost en Dürer reizen samen van Antwerpen naar Brugge, waar Dürer drie dagen de gast van Provoost is. Dürer tekent Provoost en zijn derde vrouw Katelijne Beaureins opnieuw. In dit jaar schildert Provoost het schilderij met voorstellingen uit het leven van Antonius van Padua (Koninklijke Musea voor Schone Kunsten, Brussel).
1522
Provoost schildert het Diptiek van een minderbroeder (Memling in Sint-Jan-Hospitaalmuseum, Brugge).
1523
Provoost wordt lid van de Broederschap van de Jeruzalembedevaarders. Hij is waarschijnlijk Ridder in de Orde van het Heilig Graf.
1525
Provoost schildert het Laatste Oordeel (Groeningemuseum Brugge).
1527
In dit jaar is hij regent van de Broederschap van Jeruzalembedevaarders. Adriaan Provoost, de zoon van Jan, wordt vrijmeester in Brugge. Hij krijgt zijn opleiding vermoedelijk in het atelier van zijn vader.
1525
Provoost wordt opnieuw tot deken gekozen.
1529
Jan Provoost sterft in Brugge.
Tekst: Anne van Oosterwijk