Artus Quellinus II is een beeldhouwer en stamt uit een kunstenaarsfamilie. Hij is een neef van Artus Quellinus I (1609-1668). In diens atelier geniet hij zijn opleiding. De beeldhouwer krijgt veel opdrachten in de Zuidelijke Nederlanden, maar er is ook vraag vanuit de culturele centra in Europa, zoals Kopenhagen.
Artus Quellinus II werkt dramatischer en expressiever dan Artus Quellinus I. Het benadrukken van het emotionele verraadt een link met het werk van Lucas Faydherbe (1617-1697). Quellinus heeft een voorliefde voor gracieuze lichamen, golvende draperieën, en haar dat door de wind beroerd wordt.
Na 1670 is de invloed van Gianlorenzo Bernini (1598-1680) duidelijk merkbaar en heeft zijn werk (Bijvoorbeeld de beeldengroep God de vader in de Sint-Salvatorkathedraal in Brugge) een expressief en heroïsch karakter. Een uitgesproken voorbeeld van het theatrale en zeer decoratieve in zijn oeuvre is De apotheose van Sint-Jan (Sint-Jacobskerk, Antwerpen). De invloed van de hoogbarok van Gianlorenzo Bernini is hier bijzonder manifest. De Salomonszuilen met getordeerde schacht en de radiale stralen zijn ontleend aan Bernini's baldakijn in de Sint-Pietersbasiliek in Rome. Quellinus' ontwerp betekent de introductie van een nieuw soort vrijstaand altaar.
Het beeld de Heilige Rosa van Lima (Sint-Pauluskerk, Antwerpen) is een voorbeeld van Quellinus' contemplatieve stijl en wordt beschouwd als een van de mooiste sculpturen uit de barok in de Zuidelijke Nederlanden.
10 november 1625
Artus Quellinus II wordt in Sint-Truiden geboren.
1650
Artus Quellinus II wordt vrijmeester in het Sint-Lucasgilde van Antwerpen.
1653
Artus Quellinus II en Anna Maria Gabron worden in de echt verbonden. Het koppel krijgt 3 zonen, waaronder Artus Quellinus III en Thomas Quellinus die beeldhouwer worden, en Cornelis Quellinus die schilder wordt.
Rond circa 1653 vervoegt Artus II zijn oom Artus I in Amsterdam en is een van de leden van de groep kunstenaars die onder leiding van Artus I het nieuwe stadhuis op de Dam onder handen nemen.
1655
De kunstenaar reist naar Italië en bezoekt waarschijnlijk de steden Turijn, Florence en Rome.
1657
Quellinus is terug aanwezig in Antwerpen.
1663
De kunstenaar wordt poorter van de stad Antwerpen en opnieuw vrijmeester in het Sint-Lucasgilde. In deze laatste periode van zijn leven krijgt Quellinus veel opdrachten, voornamelijk voor kerkmeubelen en grafsculptuur.
Circa 1666-1670
Quellinus maakt de marmeren figurengroep Heilige Rosa van Lima. (Sint-Pauluskerk, Antwerpen)
1667
Vanuit de Sint-Walburgakerk in Brugge krijgt Quellinus de opdracht om een eiken preekstoel te vervaardigen.
1668-1675
Voor de abdij van Herkenrode maakt de kunstenaar Graf van Abdis Anna-Catharina de Lamboy. (Onze-Lieve-Vrouwekerk, Hasselt)
1676
Quellinus beëindigt zijn werk aan het Graf van Bisschop Ambrosius Capello in de Onze-Lieve-Vrouwekathedraal in Antwerpen. Het is het eerste werk van Quellinus dat aan het gedachtegoed van Bernini gerelateerd kan worden.
1682
Quellinus vervaardigt de sculptuur God de vader voor de Brugse Sint-Salvatorskathedraal.
1685
Voor de Sint-Jacobskerk in Antwerpen vervaardigt Quellinus het hoogdaltaar met De apotheose van Sint-Jan, het is een van de hoogtepunten in zijn oeuvre.
22 november 1700
Artus Quellinus II sterft in Antwerpen.
Tekst: Matthias Depoorter