Facsimile van een Japanse prent, uitgegeven door het tijdschrift Die Insel in de reeks Das Mappenwerk der Insel. Kunisada II, een leerling van Utagawa Kunisada, zette zijn handtekening op de lantaarn op de voorgrond. Voor zijn huwelijk met Kunisada's dochter in 1846 signeerde hij zijn prenten meestal als Baidō Kunimasa; vanaf dat moment gebruikte hij de artiestennaam Kunisada II, tot…
Lees meer
Facsimile van een Japanse prent, uitgegeven door het tijdschrift Die Insel in de reeks Das Mappenwerk der Insel. Kunisada II, een leerling van Utagawa Kunisada, zette zijn handtekening op de lantaarn op de voorgrond. Voor zijn huwelijk met Kunisada's dochter in 1846 signeerde hij zijn prenten meestal als Baidō Kunimasa; vanaf dat moment gebruikte hij de artiestennaam Kunisada II, tot de dood van zijn schoonvader in 1870, toen hij de naam Toyokuni IV begon te gebruiken. Twee liefdesgedichten, een van Chokujuen Junma en een van Kiō Enba, zijn verborgen in de nachtelijke hemel.
Lees minder