In 1872 poseerde de 41-jarige gravin Rattazzi, geboren Maria-Laetitia Bonaparte-Wyse, bij de Franse societyschilder Emile Auguste Carolus-Duran voor een levensgroot portret. Maria-Laetitia schittert ongedwongen in een prachtige, donkerblauwe japon tegen een vurig rode achtergrond. Ze draagt haar lange zwarte haren los en blikt verleidelijk het schilderij uit, een waaier in de ene hand en een uitgetrokken witte handschoen in de…
Lees meer
In 1872 poseerde de 41-jarige gravin Rattazzi, geboren Maria-Laetitia Bonaparte-Wyse, bij de Franse societyschilder Emile Auguste Carolus-Duran voor een levensgroot portret. Maria-Laetitia schittert ongedwongen in een prachtige, donkerblauwe japon tegen een vurig rode achtergrond. Ze draagt haar lange zwarte haren los en blikt verleidelijk het schilderij uit, een waaier in de ene hand en een uitgetrokken witte handschoen in de andere, een gebaar waarmee ze haar trouwring nadrukkelijk in beeld brengt. Maria-Laetitia Bonaparte-Wyse presenteert zich aan de toeschouwer als de echtgenote van graaf Urbano Rattazzi.
Deze achternicht van Napoleon I werd geboren in 1831 in Ierland als dochter van sir Thomas Wyse en prinses Letizia Bonaparte. Op haar zeventiende huwde ze met graaf Frédéric de Solms en in 1852 werd ze moeder van een zoon, Alexis. Ze genoot met volle teugen van de levendige Parijse jetset en was een graag geziene gast in het culturele leven. In haar salon ontving ze belangrijke literaire gasten, onder wie Victor Hugo, Alexandre Dumas père en Sainte-Beuve. Ze werd zelf een gevierde romanschrijfster, werkte als journaliste en gaf een aantal culturele tijdschriften uit. Maria-Laetitia was een vrije en onafhankelijke geest. Ze leidde een turbulent liefdesleven vol affaires met hooggeplaatste mannen; zelfs haar neef, keizer Napoleon III, werd daarbij genoemd. Zes weken na de dood van Solms in 1863, van wie ze al jaren gescheiden leefde, huwde ze de 23 jaar oudere graaf Urbano Rattazzi, een belangrijk Italiaans staatsman. Hij bekleedde ministerposten en was twee keer de premier van zijn land. In 1871 werd een dochter geboren. Tegenstanders beweerden dat Maria Laetitia vanwege haar promiscue reputatie naar het buitenland moest uitwijken om een wettige echtgenoot te vinden. Maar roddelpraat deerde haar niet. Ze liet zich als een gelukkig getrouwde gravin Rattazzi portretteren en deed hiervoor een beroep op een van de beroemdste portretschilders van haar tijd.
De getalenteerde Rijselse kunstenaar Emile Auguste Carolus-Duran maakte in de Parijse beau monde vooral furore met zijn imposante damesportretten. Het portret van zijn vrouw Pauline Croizette, dat hij op de Salon van 1869 exposeerde als Portrait de Mme ***, oogstte een daverend succes en betekende de start van een glansrijke carrière. Carolus-Duran wist de academische tradities te vermengen met de vernieuwingen van Manet en de impressionisten. Zijn portretten lijken traditioneel, maar de pose en de schilderstijl zijn zwierig.
Na de dood van Rattazzi trouwde Maria-Laetitia met Luis de Rute-Ginez, met wie ze twee dochters had. Ze overleefde ook haar derde en laatste man. Toen ze in 1902 in Parijs overleed, liet ze dit portret na aan het KMSKA, samen met haar marmeren buste van de hand van Jean-Baptiste Clésinger (inv.nr. 1382). Het museum kreeg dit mooie legaat dankzij de innige vriendschap van de gravin met Jean Jacques Winders, een van de twee museumarchitecten, en uit dankbaarheid voor haar vele aangename bezoeken aan het toentertijd nieuwe Antwerpse museum.
Lees minder