Het ouderlijke huis aan de Langestraat paalde achteraan aan een stadsgracht, waarachter de Zeedijk lag. Later woonde hij op de hoek van de Van Iseghemlaan en de Vlaanderenstraat, op vijftig meter van de Zeedijk. Ensor was dus heel vertrouwd met de zee en haar eindeloze licht- en kleurschakeringen in samenspel met zon, wolken, nevel en wind.
Na de storm (1880) is een van de eerste voldragen schilderijen die na het afbreken van Ensors academiestudie ontstonden. Het is een impressionistische visie op de zee, op het ogenblik dat de zon terug doorbreekt na een ochtendlijke stormvlaag. In Groot zeegezicht bij zonsondergang uit 1885 heeft de zuivere, vochtige atmosfeer en de dynamiek uit Na de storm plaats gemaakt voor een meer doordachte impressionistische schilderwijze en lichtwerking.
Ensor maakte ook een reeks etsen van Oostende en omgeving. Het grote dok te Oostende (1888) is er een treffende illustratie van: een gezicht op het eerste handelsdok, de Kapellebrug, met daarachter het tweede handelsdok, de huidige Mercator-jachthaven. In 1900 hernam Ensor het tafereel en verwerkte het op doek in Haven van Oostende.
Tekst: Inne Gheeraert